Het kiezen tussen “wat” of “dat” kan knap lastig zijn. Zelfs ervaren taalliefhebbers twijfelen soms. Gelukkig zijn er handige regels en ezelsbruggetjes waarmee je altijd het juiste lidwoord kiest. In deze blog leggen we het verschil uit en krijg je tips om het goed te onthouden. En vergeet de quiz aan het einde niet!
Het verschil tussen wat en dat
Om te begrijpen wanneer je “wat” of “dat” moet gebruiken, is het belangrijk om te kijken naar het antecedent, oftewel het woord waarnaar verwezen wordt. Dit zijn de regels
- Gebruik “wat” bij onbepaalde woorden:
Als het antecedent iets algemeens of onbepaalds is, gebruik je “wat”. Denk aan woorden zoals:- Alles
- Iets
- Niets
- Het enige
- Alles wat ik nodig heb, is een goede uitleg.
- Het enige wat ik wil, is koffie.
- Gebruik “dat” bij een concreet woord:
Als het woord een specifiek, concreet zelfstandig naamwoord is, gebruik je “dat”.
Voorbeelden:- Het boek dat ik lees, is spannend.
- De film dat ik gisteren zag, was geweldig.
Ezelsbruggetjes voor wat en dat
Heb je moeite met deze regels? Met deze eenvoudige ezelsbruggetjes maak je nooit meer fouten:
- Wat is vaag, dat is duidelijk:
Als het antecedent onduidelijk of algemeen is, gebruik je “wat”. Als het duidelijk en specifiek is, gebruik je “dat”.- Vaag: Alles wat je zegt, klinkt logisch.
- Duidelijk: Het boek dat ik lees, is interessant.
- Onthoud de onbepaalde woorden:
Als het antecedent “alles”, “iets”, “niets” of “het enige” is, gebruik je altijd “wat”. - Vraag jezelf af: is het specifiek?
- Is het antwoord ja? Gebruik “dat”.
- Is het antwoord nee? Gebruik “wat”.
Veelgemaakte fouten en hoe je ze voorkomt
- “De enige dat” in plaats van “de enige wat”:
Onthoud dat “de enige” altijd gevolgd wordt door “wat”.
Fout: Het enige dat ik wil, is rust.
Correct: Het enige wat ik wil, is rust. - “Dat” gebruiken na “alles”:
Na “alles” gebruik je nooit “dat”.
Fout: Alles dat ik hoorde, was goed nieuws.
Correct: Alles wat ik hoorde, was goed nieuws.
Test jezelf:
Benieuwd of je het verschil begrijpt? Maak deze quiz en ontdek hoe goed je bent!
- Alles ___ ik wilde, is gelukt.
- a) wat
- b) dat
- Het huis ___ we bezochten, was prachtig.
- a) wat
- b) dat
- Het enige ___ ik kan doen, is wachten.
- a) wat
- b) dat
- De reis ___ ik heb gemaakt, was onvergetelijk.
- a) wat
- b) dat
- Iets ___ je zei, klonk niet helemaal logisch.
- a) wat
- b) dat
Antwoorden:
1: a) wat
2: b) dat
3: a) wat
4: b) dat
5: a) wat
Conclusie
Het verschil tussen “wat” en “dat” lijkt in het begin lastig, maar met deze regels en ezelsbruggetjes wordt het een stuk eenvoudiger. Oefen regelmatig en maak gebruik van de voorbeelden en quiz om je kennis te testen. Bekijk ook even onze andere taaltips om jouw schrijfskills te verbeteren!
Heb jij nog andere tips of ezelsbruggetjes om “wat” en “dat” goed te gebruiken? Laat het ons weten in de reacties. Veel succes!
Geef een reactie